Veelgestelde vragen over PISA-deelname van scholen

Misschien heeft u als school vragen over de PISA-deelname. U vindt waarschijnlijk een antwoord op uw vraag in de informatiebrief voor scholen of in de antwoorden op enkele veelgestelde vragen hieronder. Heeft u een vraag die hieronder niet beantwoord wordt, contacteer ons gerust op PISA@UGent.be.

MS25 Informatiebrief school

Krijg ik inzage in de testvragen?

De inhoud van de test is beveiligd. Iedereen die in contact komt met de testvragen ondertekent een ‘confidentiality agreement’. Daarin verklaart de persoon om vertrouwelijk om te gaan met alle PISA-materiaal.

Het ontwikkelen van betrouwbare en valide testvragen is een lang en moeilijk proces. Daarenboven worden in de verschillende cycli telkens een aantal vragen behouden zodat er trends overheen de cycli kunnen nagegaan worden. Het openbaar maken van dergelijke vragen zou de betrouwbaarheid van de PISA-resultaten in het gevaar brengen en/of zou het onmogelijk maken om trends te onderzoeken.

Na elke cyclus wordt een aantal vragen, dat niet meer zal gebruikt worden, vrijgegeven. Die vragen worden meegegeven in het nationaal rapport dat verschijnt naar aanleiding van de publicatie van de Vlaamse resultaten, zodat de lezer een zicht krijgt op de aard van de vragen. De publicatie van de definitieve resultaten vindt steeds plaats in het jaar dat volgt op het jaar waarin het hoofdonderzoek plaatsvindt (voor de PISA2025-cyclus dus in december 2026).

Onze school nam deel aan het zogenaamd vooronderzoek. Wat is het verschil tussen het hoofdonderzoek en het vooronderzoek?

Vooraleer het hoofdonderzoek van start gaat, moet het testmateriaal uitgetest worden. Dit gebeurt tijdens het eerste jaar van een nieuwe driejaarlijkse cyclus. Voor de PISA 2025-cyclus gebeurt dit dus in 2024. Bij het vooronderzoek wordt een kleine steekproef getrokken. De data die verzameld worden kunnen een indicatie geven van een aantal resultaten, maar zijn vooral bedoeld om de vertaalde vragen uit te testen, na te gaan of de vraag zich na vertaling in alle talen gelijkaardig gedraagt en een selectie te maken van goede testvragen. Door het vooronderzoek kan er een selectie gemaakt worden van goede vragen. Dat zijn vragen die voldoen aan een aantal (psychometrische) testeigenschappen.

Het hoofdonderzoek vangt een jaar later aan. Op basis van de resultaten die tijdens het hoofdonderzoek verzameld worden, kunnen definitieve uitspraken gedaan worden.

Worden we vergoed voor onze deelname?

Deelnemende scholen krijgen in ruil voor hun deelname en hun bijdrage aan het grootschalig onderwijsonderzoek €300. Voor scholen die ervoor kiezen om zich bij de testafname te laten bijstaan door een persoon van het Nationaal Project Centrum wordt €150 voorzien.

Het is niet evident voor ons om een dergelijk onderzoek in onze school uit te voeren. Wat maakt het voor ons interessant om deel te nemen?

Eerst en vooral: als uw school geselecteerd werd om aan PISA deel te nemen, dan werd uw school geselecteerd om Vlaanderen te vertegenwoordigen. Uw deelname is dus belangrijk voor onderwijsonderzoek niet alleen in Vlaanderen, maar ook internationaal. Enkel wanneer voldoende scholen deelnemen aan het onderzoek kunnen we een betrouwbaar beeld krijgen van de kennis en vaardigheden van leerlingen in Vlaanderen.

Indien uw school deelneemt, dan zult u bovendien een rapport met daarin de resultaten van uw school ontvangen. Dit rapport presenteert de resultaten voor uw school, rekening houdend met verschillen in schoolcontext tussen scholen (onderwijsaanbod en leerlingensamenstelling). Op die manier kunt u de prestaties van de deelnemende leerlingen in uw school op een betrouwbare manier vergelijken met die van een aantal andere scholen.

Kunnen we als school weigeren om deel te nemen?

Deelname aan het PISA-onderzoek is volledig vrijwillig. Geen enkele school kan verplicht worden om hieraan deel te nemen. Toch hopen we dat er zoveel mogelijk geselecteerde scholen deelnemen, want dit is enorm belangrijk voor het slagen van het onderzoek in Vlaanderen. Hoe meer scholen deelnemen, hoe betrouwbaarder de gegevens zijn en hoe beter beleidsmakers geïnformeerd kunnen worden. Daarenboven worden de data pas internationaal erkend als er voor ieder deelnemend land of deelnemende regio voldoende leerlingen en dus scholen deelnemen. Niet erkend worden, betekent dat we de resultaten van Vlaanderen niet kunnen vergelijken met die van andere landen.

Wat wordt er precies verwacht van een deelnemende school?

Van zodra de deelname van uw school bevestigd wordt, zal er gevraagd worden om iemand van het schoolpersoneel aan te duiden als zogenaamde onderzoekscoördinator’. Die persoon zal instaan voor de praktische organisatie van de testafname in uw school. Alle documenten in verband met de testafname zullen dan ook naar die persoon gestuurd worden.

De rol en de taken van de onderzoekscoördinator zijn:

  • Een datum vastleggen waarop de testafname kan doorgaan in de school.
  • Samen met het (IT-)personeel van de school de compatibiliteit van de computers en de elektronische test(s) nagaan, zodat er op het moment van de testafname geen technische problemen zijn bij het elektronisch testen.
  • Een trainingssessie volgen waar alle concrete informatie en instructies over de PISA-testafname gegeven wordt. Dit gebeurt kort voor de testafname.
  • De praktische organisatie van de testafname voorbereiden. Dit omvat het voorzien van testlokalen, op de hoogte brengen van leerlingen en leerkrachten, gegevens van geselecteerde leerlingen controleren,...
  • Op de dag van de testafname staat de onderzoekscoördinator van de school (of een andere aangeduide testleider binnen de school) in voor het bijeenbrengen van de leerlingen, het gestandaardiseerd afnemen van de test, het verzamelen van het materiaal en het terugsturen van het testmateriaal naar het Nationaal Project Centrum. Een deel van deze taken kunnen eventueel overgenomen worden door een externe testleider van het Nationaal Project Centrum.
  • Na de testafname zal de onderzoekscoördinator de contactpersoon zijn voor alle communicatie rond het PISA-onderzoek.

Uiteraard worden de onderzoekscoördinatoren bij deze taken ondersteund door het Nationaal Project Centrum en kan er steeds contact opgenomen worden bij eventuele problemen.

Naast de inspanningen van de onderzoekscoördinator, wordt er een kleine inspanning gevraagd van de directie van de deelnemende school. De directies worden in het kader van PISA gevraagd om een achtergrondvragenlijst in te vullen over enkele kenmerken van de school.

Hoe weten we dat we als school geselecteerd werden?

Als uw school geselecteerd wordt om deel te nemen aan het PISA-onderzoek, dan stelt het Nationaal Project Centrum u daar zo spoedig mogelijk van op de hoogte. Het Project Centrum contacteert u ruim op voorhand. Alle nodige informatie wordt dan via mail opgestuurd ter attentie van de schooldirectie. Uiteraard krijgt u voldoende tijd om de nodige voorbereidingen te treffen voor uw deelname.